Betekenis 'uitlopen'

Je hebt gezocht op het woord: uitlopen.

uit·loop (de; m) 1gelegenheid of mogelijkheid tot uitlopen in de tijd2plaats om uit te lopen: een kippenstal met vrije uitloop uit·lo·pen (liep uit, is uitgelopen) 1lopen tot het eind van2(voetbal) uit het doel het speelveld inlopen3een voorsprong krijgen of vergroten4tot gevolg hebben: de onderhandelingen liepen op niets uit hadden geen resultaat5eindigen: de berg loopt uit in een steile top6langer duren dan was voorzien: een vergadering wil nog weleens uitlopen7nieuwe takjes, knoppen en blaadjes krijgen; = uitbotten8(van kleurstof of make-up) vlekkerig of streperig worden doordat die met vocht in aanraking komt9met een grote menigte naar iets toe komen10na een wedstrijd of training nog een tijdje lopen bij wijze van coolingdown11naar het einde toe breder worden

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.