Betekenis 'uitkleden'

Je hebt gezocht op het woord: uitkleden.

uit·kle·den (kleedde uit, heeft uitgekleed) 1de kleren uittrekken: zich uitkleden en naar bed gaan2financieel benadelen; arm maken3beperken, minder omvangrijk maken: een voorstel uitkleden

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.