Betekenis 'klem'
Je hebt gezocht op het woord: klem.
1klem (de; v(m)) 1knellende greep: in de klem zitten in moeilijkheden2aandrang, nadruk: met klem iets eisen3(meervoud: klemmen) toestel om iets vast te zetten4(meervoud: klemmen) ijzeren beugel met veer waarin dieren worden gevangen
2klem (bijvoeglijk naamwoord) 1klem zitten (a) geklemd vastzitten; (b) (figuurlijk) voor een dilemma staan; (informeel) zich klem zuipen veel alcoholhoudende drank drinken
klem·men (klemde, heeft geklemd) 1met sterke druk vastknellen2een knellende werking hebben: de deur klemt gaat slechts met moeite open
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.
